Verder na de regenboogvlag

27 oktober 2018

Er stond de Raadsvergadering van afgelopen donderdag niet zo heel veel op de agenda. Begrijpelijk, na de verwoestende brand in het gemeentehuis gaat de aandacht terecht naar de dienstverlening aan inwoners, het verzorgen van tijdelijke huisvesting en de herbouw.

Op de agenda stond wel een aantal moties. Samen met GroenLinks diende we onze motie ‘verder na de regenboogvlag’ in. Op 11 oktober, coming out day, werd in Lingewaard voor het eerst de zogenoemde regenboogvlag gehesen. Een teken van acceptatie van en solidariteit met de LHBT+ gemeenschap in Lingewaard en elders. De vlag hing er met name vanwege de sterke brief die Anouk Vermeer aan alle Raadsfracties stuurde. Die vond zijn weg naar het college. Maar er is meer nodig. De gemeente kan en moet meer doen om deze gemeenschap te steunen. De overheid heeft immers de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat in Lingewaard iedereen erbij hoort, iedereen mee kan doen, iedereen telt.

Het college reageerde positief en de motie werd aangenomen. Hetzelfde gold jammer genoeg niet voor de sympathieke motie van GroenLinks die de Raad vroeg zich uit te spreken voor een ruimhartig kinderpardon. Vooral de tegenstem (!) van D66 viel in dit verband op.

Ten slotte vroegen we aandacht voor de omstandigheden van woonwagenbewoners in onze gemeente. Het zogenoemde ‘nul-beleid’ voor standplaatsen is volgens de Ombudsman in strijd met fundamentele rechten en het ministerie van Binnenlandse Zaken droeg gemeenten als Lingewaard eerder al op dit aan te passen. Maar pas nu woonwagenbewoners ertegen in het geweer komen lijken we die opdracht ook serieus te nemen. Dat is niets te vroeg, en in de Raad vroegen we om haast. Ook woonwagenbewoners zijn mensen, onderdeel van onze lokale gemeenschap. Met dezelfde rechten en plichten als alle anderen. Dat basisprincipe moet leidend zijn in het nieuwe denken over standplaatsen.